SLIEDRECHT – Wie had er nou gedacht, dat er na ronde 4 van het Open Kampioenschap Drechtsteden, het OKD schaken al duidelijk een nummer 1 en nummer 2 zouden zijn? In deze ronde waarmee we net over de helft van het toernooi zijn, staan er duidelijk twee mensen boven aan: Oscar Koppenens heeft in alle 4 ronden weten te winnen en heeft dus 4 punten. Dat lukte verder niemand. En Tim Schakel is de enige die 3½ punten heeft. Gefeliciteerd mannen! Daarna volgen maar liefst 11 mensen met 3 punten, maar het wordt dus nog een hele klus om Oscar te kunnen evenaren of zelfs voorbij te gaan. Wie wordt er kampioen van het 17de OKD? Dat blijft nog even spannend.
De groepen B en C
In groep B staat Tim de Waard nu in zijn eentje bovenaan met 3 punten. Ja; Rick Stuij kon aan bord 4 niet op tegen Hans Klein en moest zijn eerste verlies incasseren. Na Tim volgen nu in groep B zes mensen met 2½ punt waaronder dus Rick Stuij.
In groep C valt op, dat er maar liefst 4 mensen zijn met 3 punten. Ze staan op de plaatsen 10 tot en met 13 van de algemene ranglijst, best hoog, maar zijn dus de hoogste 4 van groep C. Ja; want Marcel Klein wist aan bord 13 met zwart tegen Martijn Stoker toch maar even mooi te winnen.
Wat ook opvalt is, dat er in groep C niemand is met 2½ punt. Kortom: Joeri Smits, Jan de Jong en Sertaç Oruç maken een goede kans om bij de eerste 3 van groep C te eindigen. Zet hem op mannen! Marcel Klein zet ik er niet bij, want die zal er de 6de en 7de ronde niet bij zijn en dan krijgt hij dus geen punten.
Dubbelpionnen
Als je in de vierde ronde langs de borden liep dan viel op, dat er op veel borden dubbelpionnen stonden, soms zelfs meerdere! In het algemeen wordt een dubbelpion als een verzwakking beschouwd, omdat in zo’n geval de achterste pion niet naar voren kan worden geschoven vanwege die andere pion. Je kunt de voorste pion niet meer van achteren met een toren dekken. En over het algemeen is een toren achter je pion veel beter dan ernaast of ervoor. En ook kunnen die pionnen elkaar niet meer dekken.
Maar het gaat natuurlijk om het geheel. Eén van de voordelen kan zijn, dat je een vrije lijn krijgt voor je toren(s).
Pionnen op bord 1
Oscar laat afruilen op c3 en krijgt zo een geïsoleerde dubbelpion op de c-lijn. En dan heeft hij naast zijn andere pionnen ook nog een Dame, een Toren en een Loper. William had een Dame, een Toren en een Paard. Dan denk je: Oscar gaat het heel lastig krijgen, want met zijn Loper kan hij maar op één kleur verdedigen. Maar hij weet de Dames af te ruilen, zijn koning er bij te betrekken en de dubbelpion op te heffen. En dan komt hij met een andere pion al op de 6de rij en weet zijn Toren op de 7de rij te krijgen. Ja; toen kon William op een gegeven moment het promoveren van zijn pion niet meer voorkomen en moest hij wel opgeven.
Pionnen op bord 4
Op een gegeven moment had Hans Klein aan bord 4 met zwart 2 pionnen op de c-lijn en ook 2 pionnen op de f-lijn en zijn tegenstander Rick Stuij had er ook 2 op de f-lijn! Bij de 16de zet hadden ze allebei nog 8 pionnen! Nota bene!! Rick probeerde Hans’ Loper klem te zetten tussen zijn eigen pionnen, maar dat was voor Hans alleen maar even wat oponthoud. Daarna schoof hij naast die vele pionnen op de f-lijn gewoon zijn g- en h-pionnen op de koningsvleugel naar voren en werd Rick volledig in het nauw gedreven. Ja; je moet de kracht van gekoppelde pionnen niet onderschatten!
Pionnen op bord 13
Aan bord 13 vergaloppeert Martijn Stoker zich met wit aan de pionnen. Hij heeft een dubbelpion op de c-lijn en denkt ook wel even te kunnen stoken met zijn Loper en slaat daarmee de zwarte pion op h7 van Marcel Klein. Dacht hij nou daarna een vorkje te kunnen zetten of een aftrekschaak te plegen? Daar leek het op. In elk geval verliest hij hiermee een Loper en verzwakt hij zijn koningsvleugel enorm. Marcel slaat die Loper namelijk gewoon met zijn Toren. Basta.
Pionnen op bord 19
Heel anders wordt er gestookt op bord 19. Daar wemelt het ook van de dubbelpionnen. Maar Joost Stoker weet met wit de voordelen voor zichzelf (2 Torens op de h-lijn) en de nadelen voor Jordi de Jong van zijn dubbelpion uit te buiten en de partij dubbel en dwars te winnen!
Pionnen op bord 11
Ten slotte de pionnen op bord 11. Daar geen dubbele pionnen, maar daar worden wel dubbele fouten gemaakt. Johan van de Griend kon goed winnen met wit, maar laat dat na of ziet het over het hoofd en Arco van Houwelingen staat weliswaar 2 pionnen voor, maar laat het na om te promoveren en op het laatst staan er alleen nog 2 koningen op het bord. Remise dus. Niet aangeboden of geaccepteerd, maar gewoon een voldongen feit. En Arco had nota bene nog de a- en b-pion. Die laat je dan toch elkaar dekken? Dan kan Johan met zijn koning hooguit de achterste eraf slaan, maar dan promoveer je gewoon met de voorste. Was het tijdnood? Of spanning? Tenslotte was dit ten slotte. Want dit was om 10 voor 12 nog het laatste bord waar aan werd gespeeld. Eén troost: ze krijgen er allebei een ½ punt bij en zo staat Johan nu op plaats 30 en Arco op nummer 24.